De pelgrimstocht naar Santiago de Compostela is immens populair. Ontelbare aantallen mensen gaan op weg naar deze heilige plek. Eén van deze mensen is Kees Koppenol. Hij begint aan de Camino Francés om zeer persoonlijke redenen en ontdekt tijdens zijn reis dat de tocht hem nog meer brengt dan hij had gedacht. De Camino Francés is een pelgrimstocht die aanvangt in Saint-Jean-Pied-de-Port in Frankrijk en pelgrims doet aankomen in Santiago de Compostela in Spanje.
In ‘Ik ga lekker weg’ beschrijft Kees Koppenol zijn reis (in 2018) van 35 dagen, waarbij hij 800 kilometer loopt. Kees is na ruim acht jaar wethouderschap in Papendrecht (2010-2018) wel eens toe aan een periode van bezinning. Gaandeweg ontdekt hij dat er talloze perspectieven en motieven zijn die mensen bewegen om op pelgrimstocht te gaan. En… het wordt hem steeds duidelijker dat een gezamenlijk gezochte bestemming mensen kan verbinden. Aanvankelijk schreef Koppenol om herinneringen voor zichzelf vast te leggen.
Meer en meer realiseerde hij zich dat hij schreef voor anderen die ook zo’n pelgrimstocht wilden maken. Wat kom je tegen? Het gaat wel effe om 800 kilometer… hoe hou je dat vol? Later ontdekte hij dat hij het niet alleen bij een praktische leidraad kon laten. Het gaat niet alleen maar over vragen omtrent de route en de rugzak. Hij geeft in dit boek tal van handvatten en tips voor onderweg.
Het meest bijzondere van het pad van de pelgrim is het aantal inzichten dat het volgen van de weg hem of haar oplevert. Je komt niet alleen maar prachtige steden en landschappen tegen, maar ook struikelblokken en hindernissen, die de pelgrim uitdagen het pad te vervolgen. En daarmee is het een voettocht geworden die het diepste in deze pelgrim heeft blootgelegd.
