'Zeemijnen: De mijnenoorlog in Noord- en Oostzee' gaat diep in op de ontwikkeling en het gebruik van mijnen in de periode 1914-1918 en 1939-1945. Het boek legt de nadruk op de ontwikkelingen in Duitsland, Groot-Brittannië en Rusland vanaf het begin van de Eerste Wereldoorlog tot aan het einde van de Tweede Wereldoorlog.
De zeemijn werd in beide wereldoorlogen in grote aantallen gebruikt. Beide partijen legden op grote schaal mijnenvelden aan om elkaar de toegang tot bepaalde zeegebieden te ontzeggen. Hoewel het wapen veel succes had, moesten beide partijen gaandeweg veel leren over het wapen en hadden ze grote moeite met de optimale inzet ervan. Naast de ontwikkeling van deze wapens namen ook de technieken voor het bestrijden ervan een grote vlucht.
Van een dom explosief dat op afstand moest worden gedetoneerd, een relatief eenvoudige drijvende bom die ontplofte als iemand er met zijn schip tegenaan voer, ontwikkelde de mijn zich tot een intelligent wapen dat gebruikmaakte van specifieke karakteristieken van de beoogde doelen.
In de Nederlandse taal is dit werk uniek. 'Zeemijnen: De Mijnenoorlog in Noord- en Oostzee' is bovendien rijk geïllustreerd.
